Marianne Vos trainen

Hoe traint Marianne Vos? 11 vrijpostige vragen

Marianne Vos is weer terug in het peloton en wat zijn we daar blij om. In deel 3 van dit interview met Zijwielrent.nl vertelt ze over haar favoriete trainingsvormen, hoe ze 77 kilometer per uur wist te halen op het vlakke en geeft ze nog een paar tips mee.

Als jij mag kiezen, ga je dan voor een solo of een groepstraining?
“Ik hou wel echt van alleen fietsen. Dus dan kies ik de solotraining. Ik train graag alleen en vind het ook leuk om nieuw gebied alleen te verkennen. Die solotrainingen zijn vooral thuis. Ik kan dan precies doen wat ik wil, heen rijden waar ik naartoe wil en blokjes doen, onafhankelijk van de snelheid van een ander.

Maar áls we dan een keer op trainingskamp gaan en we zijn met een groep, dan gaan die uren zo snel, dat is dan ook wel weer een voordeel. Dus het complementeert elkaar heel goed.

In een groep doe ik al gauw iets wat ik eigenlijk niet moet doen. Uit bewijsdrang of zoiets.

Kun jij jezelf goed onder druk zetten als je alleen fietst?
Ik ben ontzettend competitief ingesteld. In een groep doe ik dus veel te gauw net even iets wat ik eigenlijk niet zou moeten doen. Uit bewijsdrang of zoiets. Als ik alleen train, weet ik precies wat ik moet doen en dan hou ik me daar ook keurig aan. Ik kan prima mezelf motiveren. Als ik blokjes of sprintjes moet doen met iemand anders, dan word ik daar zenuwachtig van. Ik doe dat liever gewoon alleen.

Marianne Vos op de racefiets

Als je zo rondfietst in de omgeving, heb je dan veel contact met andere wielrenners?
Dat valt wel mee. Ik train natuurlijk altijd van huis uit en het wordt als normaal beschouwd dat ik hier rondfiets. Het is niet zo’n druk fietsgebied en je hebt een snelheidje van 30 – 35 kilometer per uur, dus het is niet zo dat ik continu mensen inhaal of gepasseerd word. Meestal kom ik andere wielrenners tegen. Dan groeten we elkaar – iedereen overigens: wandelaars, fietsers… Maar het gebeurt zelden dat ik echt met mensen oprij.

Wij zagen je laatst op een tijdritfiets in de buurt van Altena. Pak je de tijdritfiets er graag bij?
Die tijdrithouding is een hele bijzondere, specifieke houding. Daar moet je aan wennen, dus je moet regelmatig je kilometers maken op die tijdritfiets om efficiënt te kunnen rijden. Het is natuurlijk niet prettig om voor het eerst op zo’n ding te zitten en dan de hele tijd 300 watt te moeten trappen. Dat vinden je spieren niet zo heel fijn. Dus het is wel goed om daar aan gewend te zijn.

Dat is de grap van wielrennen: je maakt het jezelf zo moeilijk mogelijk in trainingen

Op die tijdritfiets doe ik dan óf een splittraining – dat is een training van twee delen op één dag – of een hersteltraining, om toch aan die houding te wennen.

Dan doe ik bijvoorbeeld eerst de intensieve blokken op de tijdritfiets en ga ik ’s middags nog op de weg. Of ik fiets blokken op de weg en doe dan ’s middags de hersteltraining op de tijdritfiets. Maar meestal niet langer dan anderhalf, soms twee uur. Die houding is dusdanig specifiek dat je je rug en alles behoorlijk belast.

Het is niet zo dat ik die tijdritfiets echt verkies. Dat is nou juist de grap van wielrennen: je maakt het jezelf zo moeilijk mogelijk in trainingen om tijdens de wedstrijden zo goed mogelijk te zijn.

Op je Strava staat een rit getiteld ‘Pace /Race training’: 66 kilometer met gemiddeld 43,3 per uur en maximaal 77,4 per uur, op het vlakke! Is dat achter een brommer geweest?
(Moet lachen) Ja, dat was inderdaad een brommer. Maar ik kreeg allerlei flags van mensen omdat ik segmentjes afpakte achter een brommer. Ik zit niet per se op Strava voor mezelf, maar omdat mensen het vaak wel leuk vinden om te zien wat je doet. Je kunt jezelf niet flaggen, want dat zou ik dan wel doen. Sindsdien zet ik pace trainingen dus maar niet meer op Strava.

Marianne Vos training op Strava
De gewraakte pace/race training van Marianne Vos op Strava.

Ik ga regelmatig de Biesbosch in, en deze training was ook in de Biesbosch. Dat is ideaal: het is rustig, mooi overzichtelijk, er is weinig verkeer en áls er verkeer is, dan kun je het van heinde en verre aan zien komen. Dan ga ik achter de scooter en ligt het er een beetje aan wat het doel is van de training.

Soms is het gewoon puur omwentelingen maken op wedstrijdsnelheid. Soms is het echt een wedstrijdsimulatie op hoge snelheid, met bijvoorbeeld intervallen langs de scooter. En soms is het wedstrijdsimulatie met bijvoorbeeld sprintjes.

Omdat ik veel alleen train, is het lastig om een massasprint te simuleren.

Omdat ik veel alleen train, is het lastig om een massasprint te simuleren. Dan zou ik voor mezelf eerst al de massasprint aan moeten trekken en dan vervolgens moeten sprinten. Dat valt niet mee. Achter een scooter kan ik opgetrokken worden naar 55 of 60 kilometer per uur, of naar wat nodig is, en dan de sprint zelf doen. Dat vind ik prettig trainen.

Dus die 77 kilometer per uur was het maximale van jouw sprint?
Ja, dat is wel echt het maximale. Een sprint houdt meestal wel op bij 65 of 67 kilometer per uur. Maar dit was dan waarschijnlijk een mooi stukje wind mee en echt glad asfalt. En ik was hier nog niet zo lang onderweg. In een echte massasprint heb je al wat meer geleden. Hier werd ik goed gelanceerd door de scooter.

Er is een filmpje waarin je een tijd neerzet op de Cauberg en onderweg gewoon blijft praten. Ben je daar echt voluit gegaan?
Nou nee, als ik echt voluit ga dan kan ik niet meer praten. Maar ik reed wel stevig door. Het was na het seizoen, echt zo koud even naar boven. Ik wilde toch wel een redelijke tijd neerzetten, want daar ging het eigenlijk om. En ik wist natuurlijk dat ik moest blijven praten voor het filmpje, dus dit was een goed compromis.

Als je mag kiezen tussen een modderige Koppenberg of de Mont Ventoux, welke kies je dan?
Dat is moeilijk, maar ja, dan ligt de modderige Koppenberg mij wel beter. Ik hou echt van lange beklimmingen, maar als ik naar mijn capaciteiten en kwaliteiten kijk, dan moet ik toch iets meer bij de kortere klimmetjes zijn. Technische omstandigheden, kasseitjes en modder is wat mij dan meer ligt.

Met mooi weer lekker de fiets op, wind door je haren, alleen met je gedachten.

Vind je lage hartslag duurtrainingen ook nog leuk om te doen?
Ja, ik fiets heel graag. Alleen maar D1-trainingen zou ik wel echt een beetje suf vinden. Maar ik weet waar ik het voor doe. En ik vind het gewoon ook wel lekker hoor. Als het mooi weer is, gewoon lekker een paar uur de fiets op, de wind door je haren, alleen met je gedachten, prima. Maar dan zou ik een bultje tussendoor wel fijn vinden, gewoon even ter afwisseling van de polder.

Heb je nog trainingstips voor wielrensters die trainen voor een doel als de Marmotte?
Mijn beste advies: doe in je opbouw ook rustige ritten. Vooral van de mannelijke amateurs hoor ik altijd: “O, maar rij je dan zo veel rustig?” Ja! Want die kilometers zijn de basis. Als je het taai vindt om lang in je eentje te fietsen, ga dan met een groepje of met zijn tweeën. Maak gewoon al babbelend die kilometers, want die lage intensiteit duurtraining is wel waar je je inhoud mee opdoet.

Zij wielrent blog: bij Marianne Vos in het wiel

Leer jezelf ook aan om op de fiets te eten en te drinken. Tijdens bijvoorbeeld de Marmotte kan het warm zijn, maar ook koud en nat. Bij warm weer is het niet prettig om te blijven eten, terwijl het dan juist wel van belang is. Voldoende drinken zal wel lukken, je moet zelfs heel veel drinken. Maar hoe meer je drinkt, hoe meer je eigenlijk ook moet eten. Dat wil vooral in de hitte nog weleens tegenvallen.

Bij koud en nat weer is het ook lastig. Dan dénk je vaak niet eens aan eten. Terwijl je dan natuurlijk nog meer verbrandt. Dus wen jezelf aan om dat goed te doen. Probeer eventueel in trainingen alvast uit wat je lekker vindt of goed verdraagt.

Zelf eet ik bijvoorbeeld liever iets vast dan dat ik alleen maar drank of gelletjes binnenkrijg. Ik vind het prettiger om op iets te kunnen kauwen. Tijdens de Marmotte is het niet handig om je zakken vol te stoppen met bananen of krentenbollen. Dan zijn reepjes wel praktischer, die kun je afwisselen.

Heb je nooit overwogen om in een warm, bergachtig land te gaan wonen, zoals veel wielrenners doen?
Ik heb wel overwogen om in Italië te gaan wonen. Ik hou echt van het land en ook wel van de omgeving. In mijn eerste jaren bij de elite leek het mij prachtig om daar te wonen. Maar de organisatie van een aantal Italiaanse ploegen bleek nou niet echt je van het te zijn. Er kwamen toch wat Nederlandse dames van terug: misschien kun je dat maar beter niet doen.

Hier op de dijken kan ik net zo goed trainen als in de Ardennen.

In Nederland hebben we alle faciliteiten, de beste ploegen van de wereld met de beste organisaties, dus daarom zou ik niet weg hoeven gaan. Veel wedstrijden zijn ook vanuit Nederland best aan te reizen. Ik kwam tot de conclusie: hoeveel weken op een jaar mis ik nou de training bergop? Dat zijn misschien een paar weken. Dan kan ik net zo goed op trainingskamp gaan.

We zijn al zoveel op pad, dat thuis een keer vlak trainen ook geen kwaad kan. Als ik hier mijn intervallen moet doen en ik kies daar een mooi stukje dijk voor uit en ik heb wind tegen, dan kan ik net zo goed mijn blokjes doen als dat ik bijvoorbeeld een bultje op zou zoeken in de Ardennen.”

Lees ook deel 1 en 2 van dit interview:

Wielrenster Marianne VosOver Marianne Vos

Marianne Vos is ’s werelds meest succesvolle veldrijdster en wielrenster. Ze behaalde twee keer Olympisch goud en werd dertien keer wereldkampioene. Door haar kracht, winnaarsmentaliteit en liefde voor het wielrennen is ze een inspiratiebron voor velen.

Ook naast de fiets betekent Marianne veel voor de wedstrijdsport. Ze is als adviseur nauw betrokken bij de Women’s World Tour, de wedstrijden op het hoogste niveau in het dameswielrennen. En met het platform Strongher geeft ze wielrensters, van recreatief tot prof, een podium om te schitteren.

Volg deze blog
Janneke Scheepers van Zijwielrent.nl
Janneke Scheepers

Leuk dat je komt kijken! Ik ben Janneke Scheepers, in 2007 begonnen met wielrennen. De sport heeft mijn leven verrijkt en daar vertel ik graag over. Met mijn verhalen wil ik laten zien hoe geweldig het is om te wielrennen, of je nou fietst ter ontspanning of heel fanatiek bent. Ik vind het leuk als je reageert op mijn artikelen. Laat weten wat je denkt!

More Posts

Op weg naar The Ride 2024 | Twijfelkont

DE PERFECTE ZOMER FIETSOUTFIT: HET WORDT HEET!

IRIS – I Ride In Style lanceert nieuwe collectie: The Outroverts

2 reacties

  1. Geweldig om te lezen dit! ?
    Jammer dat de korte serie over Marianne nu is afgelopen, maar ik hoop dat je meer van dergelijke artikelen op je site gaat plaatsen in de (nabije) toekomst ?

    1. Ha Inge, bedankt voor je reacties onder de artikelen over Marianne! Als het even kan dan komen er nog meer interviews, erg leuk om te doen en leerzaam voor mezelf ook nog. Dus wie weet, wie zich nog als interviewkandidaat aandient :D! Groetjes Janneke

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Keep up to date

Meld je aan voor onze nieuwsbrief

Follow us

ZijWielrent © 2024