Sleutelen

De techniek van mijn racefiets verveelt nooit

Peugeot 504 wielrennen

Ik heb een fascinatie voor draaiende delen. Dat komt goed uit met wielrennen als sport. Ik kijk bijvoorbeeld vaak naar mijn voorwiel. Er staat zo’n witte streep op de wielnaaf. Ik zit dan te turen naar hoe die streep voorbij komt. En dan weer naar de witte tenen van mijn schoenen, en terug. Het is een bepaald ritme. Ik kijk ook naar de tanden van mijn voorbladen en naar hoe de wielen draaien.

Waar die fascinatie vandaan komt? Moeilijk uit te leggen. Hoe kan ik uitleggen dat het fijn is om naar een pas gesmeerde ketting te kijken die soepel over de tandjes heen loopt? Het zal wel een jongetjesding zijn. Dezelfde fascinatie heb ik met auto’s. Ik beeld me het type motorblok in en zet daar alle onderdelen omheen. In gedachten laat ik de krukas draaien en komen de vonkjes op het juiste moment, waarbij de kleppen open gaan…

En het mooie van een racefiets is: daar kun je die hele aandrijving zien, je hoeft het niet eens te fantaseren! Je hebt een groot kettingwiel en een klein kettingwiel. Daar zet je spierkracht op en dan ga je harder. Zo simpel is het.

Hoe kan ik uitleggen dat het fijn is om naar een pas gesmeerde ketting te kijken?

Het is allemaal dusdanig nauwkeurig gemaakt, dat het eigenlijk flawless werkt. En dat nog wel in massaproductie. Dat vind ik heel knap. Ook om ernaar te luisteren, of het gebrek aan geluid liever. Neem nou de lagers, in het balhoofd, in het crankstel. Die zijn zo nauwkeurig gemaakt, dat ze amper nog weerstand geven. Tijdens het trappen en sturen denk ik eraan hoe dat het zo soepel draait. Bijna vanzelf, dat is zo knap dus.

Natuurlijk kijk ik ook naar mijn benen. Het is leuk om je lichaam af en toe te zien als een machine. Het menselijk lichaam is best wel interessant en op de racefiets heb je veel tijd om dat te kunnen bekijken. Je zit toch al in die voorover gebogen houding. Zijn wielrenners daarom misschien zo obsessed met hun look? Omdat ze de hele tijd geconfronteerd worden met hun eigen looks op de fiets!

Nog zo’n tic: ik kijk heel vaak langs mijn stuurpen heen of die wel recht staat ten opzichte van mijn voorwiel. Terwijl ik best weet dat die goed staat. En dan heb je nog de metertjes op mijn Garmin, mijn snelheid, hartslag, cadans, de standaard dingen.

Daarom maakt de omgeving voor mij eigenlijk niet zo heel veel uit. Die is mooi meegenomen. Er is altijd nog wel op je metertje te kijken, er is altijd nog wel naar je fiets te kijken. Er is altijd nog wel de verzuring in je benen. Er is altijd nog, zeker als je met een rit bezig bent die eigenlijk boven je kunnen is, genoeg om over na te denken, over hoe je fietst.

Het is vaak een berusting in het feit dat ik nog heel lang op mijn racefiets zal zitten. Die fiets is op dat moment mijn compagnon waar ik op vertrouw. Ik en mijn fiets. Meer heb ik verder niet nodig.

Volg deze blog
Bart van Oers
Bart van Oers

Een man die schrijft op Zijwielrent.nl? Tja, als Jannekes man geniet ik een voorkeurspositie. Sinds 2012 ben ik verslingerd aan wielrennen. Het liefst zit ik trainingsschemaatjes uit te vogelen en mijn hartslag te analyseren op Strava. Maar ik ben vooral weg van de techniek van racefietsen. Ik heb mijn fiets helemaal gefinetuned en reparaties doe ik natuurlijk ook gewoon zelf. Graag deel ik mijn kennis met jou, dus mail me gerust via info@zijwielrent.nl. Verder heb ik een eigen metaalbedrijf: <a href="http://www.stukvanstaal.nl">Stuk van Staal</a>.