Mijn wielerman
“Wielrennen lijkt me geweldig. Maar die dunne bandjes, ik denk niet dat ik erop overeind blijf.” Dat zei jij voorjaar 2012, toen we net een jaar samen waren. “Probeer het nou gewoon eens”, zei ik. “Fiets een rondje met me mee”.
Tag
“Wielrennen lijkt me geweldig. Maar die dunne bandjes, ik denk niet dat ik erop overeind blijf.” Dat zei jij voorjaar 2012, toen we net een jaar samen waren. “Probeer het nou gewoon eens”, zei ik. “Fiets een rondje met me mee”.
Sinds ik in 2007 verslingerd ben geraakt aan wielrennen, heb ik vaak genoeg mannen ingehaald. Niets bijzonders vind ik zelf. Het verbaast mij dat vrouwen op de racefiets zo trots zijn als ze een man voorbijfietsen.
“Hé, Carola wielrent ook!” “Echt?” “Ja, ik zag haar in de straat op een racefiets met een kek geel jasje aan. Zag er goed uit hoor!”
Het is weer lente. Binnenkort verwacht ik toch echt in mijn korte wielerbroek een rondje te kunnen fietsen. Lekker met de zon op mijn benen, heerlijk! Bij dit vooruitzicht denk ik meteen aan het jaarlijks terugkerende dilemma; doe ik het of doe ik het niet?
Ken je dat? Geen fijn ritme kunnen vinden op je racefiets, vaak nét iets te zwaar of te licht trappen? Ik ben erg geholpen met deze oplossing: een kleiner buitenblad op je racefiets.
Op weg naar Geertruidenberg fiets ik langs een drukke, smalle weg. Het fietspad is bezaaid met groepjes ‘gewone’ fietsers die vandaag en masse zijn opgestapt. Als ik bel, gaan ze zuchtend en mopperend voor me opzij.